Gewasbescherming
Algemeen
-
Sterke, gezonde planten zijn beter bestand tegen ziekten en plagen.
-
Goede voeding, voldoende licht en genoeg water zijn de beste preventie.
-
Toch zijn ziekten en ongedierte nooit helemaal uit te bannen.
-
Met een beetje theorie én praktische tips van uw tuinadviseur voorkomt u veel problemen.
Beter te vroeg...
-
Voorkomen is beter dan genezen, zeker bij plantenziekten zoals schimmels.
-
Voorbeeld: meeldauw treft in voorjaar en zomer bijna alle klim- en struikrozen.
-
Preventief spuiten (dus vóór de eerste ziekteverschijnselen) voorkomt vaak ernstige schade.
-
Groot voordeel: u kunt zich beperken tot milieuvriendelijke middelen.
-
In uw tuincentrum vindt u diverse biologische gewasbeschermers tegen veelvoorkomende ziekten en insecten.
-
Is het resultaat onvoldoende? → Dan kunt u later altijd nog overschakelen op sterkere, chemische middelen.
Gebruik
-
Biologische bestrijdingsmethoden werken het best bij warm weer.
-
Houd u strikt aan de aangegeven dosering → ook bij milieuvriendelijke middelen geldt: te veel is niet goed.
-
Bij gebruik van chemische middelen tegen hardnekkige schimmels of insecten:
-
Volg altijd de veiligheidsvoorschriften.
-
Niet spuiten bij wind → voorkom verwaaien naar andere planten of de vijver.
-
Maak alleen zoveel aan als nodig → restanten zijn lastig veilig af te voeren.
-
Spuit selectief
-
Er zijn algemene middelen en specifieke middelen voor bepaalde aantastingen.
-
Laat u adviseren voor de juiste keuze.
-
Wees extra voorzichtig met insecticiden:
-
Spuit niet te vlug of te veel.
-
Niet alle insecten zijn schadelijk → u wilt de natuurlijke vijanden van plagen juist behouden.
-
